De Kerstgeschiedenis
Beste zendingsvrienden,
Hartelijk dank voor uw gebeden en giften, voor ons persoonlijk en voor het werk van de Heer in Brazilië. Het is Gods genade dat de opbouw van Zijn gemeente in dit land – en ook in Peru, waar we onlangs begonnen zijn – doorgang kan vinden. En daar hebt u ook deel aan, door ons zendingswerk te steunen.
Mede uit naam van de onderwijzers en studenten van de Bijbelschool, en van de leden van onze gemeentes, wens ik u:
Gezegende kerstdagen
en een gelukkig nieuwjaar
Bij deze, wil ik u een gedachte doorgeven, voor de kerstfeestviering van dit jaar:
De Kerstgeschiedenis
Waarom heeft God zo lang gewacht voordat Hij Zijn geliefde Zoon aan de wereld gaf? Waarom is er zoveel tijd overheen gegaan voordat de profetieën over de geboorte van Jezus, die vanaf Genesis 3:15 al uitgesproken werden, vervuld werden?
Dat is een vraagstuk waar de mensen zich lang over gebogen hebben, en er bestaan een hoop antwoorden die ze uit de duim gezogen hebben. Ondanks vele vraagtekens, begreep Maria waarom de Almachtige juist háár uitgekozen had om de moeder van Jezus te worden: “Mijn ziel maakt groot de Heer en mijn geest heeft zich verblijd over God, mijn Heiland, omdat Hij heeft omgezien naar de lage staat zijner dienstmaagd. Want zie, van nu aan zullen mij zalig prijzen alle geslachten, omdat grote dingen aan mij gedaan heeft de Machtige (…) Hij heeft de hoogmoedigen in de overlegging huns harten verstrooid; Hij heeft machtigen van de troon gestort en eenvoudigen verhoogd” (Luc.1:46-55).
Het heeft eeuwen geduurd voordat God de juiste moeder voor Zijn Zoon heeft kunnen vinden. Het gaat altijd om hetzelfde probleem: Als de Heer grote dingen aan iemand doet, dan wordt hij vaak nog verwaander dan hij al is. Daarom liep God, op de kerstdag, de godsdienstige gezagbekleders in Jeruzalem voorbij. In plaats daarvan heeft Hij de herders in het veld gekozen om het blijde nieuws van de geboorte van Jezus te verkondigen. Dat hebben ze uitstekend gedaan: “God lovende en prijzende om alles wat zij hadden gehoord en gezien, gelijk het hun gezegd was” (Luc 2:20). De herders zijn in hun getuigenis getrouw gebleven, door alleen te vertellen wat ze gehoord en gezien hebben. En ze hebben pas het blijde nieuws verkondigd, na geconstateerd te hebben dat alles was gelijk het hun gezegd was! Ze hebben geen persoonlijke visies en interpretaties van de gebeurtenissen verkondigd, zoals de priesters en de Schriftgeleerden gedaan zouden hebben.
Maria liep groot gevaar! Ze begreep heel goed dat alle geslachten haar zaling zouden prijzen. Zij heeft de grootste zegen ontvangen die ooit een vrouw zou kunnen meemaken: de Zoon van God ter wereld brengen. Daarom heeft de Machtige lang moeten zoeken naar een dienstmaagd die, ondanks de geweldige dingen die Hij aan haar gedaan heeft, dezelfde is gebleven, zonder verbeelding en diep bewust van haar ‘lage staat’.
Maria was bovendien iemand die de woorden van God overwoog en in haar hart bewaarde (Luc. 2:19). Gelukkig is haar hart nederig gebleven, want kort daarna begon de Mariaverering al: “En het geschiede, toen Hij deze dingen sprak, dat een vrouw uit de schare haar stem verhief en tot Hem zeide: Zalig de schoot die U heeft gedragen, en de borsten, die Gij hebt gezogen. Maar Hij zeide: Zeker, zalig, die het woord Gods horen en het bewaren” (Luc. 11:27-28). Als je jezelf niet verhoogt, doen de anderen het wel. En als je niet oppast, laat je jezelf op een voetstuk plaatsen, waar je later weer van afgestoten wordt.
De kerstgeschiedenis is geschreven zonder namen van hooggeplaatsten. Maar vertelt over Maria en over de herders; over Zacharias en Elisabet die onberispelijk leefden; over hun zoon Johannes de Doper die, ondanks dat hij één van de grootste profeten was, getuigde dat hij het Licht niet was, maar gezonden was als getuige van het Licht; Jozef, een rechtschapen man, die de plaats innam van de vader van Jezus; de rechtvaardige en vrome Simeon; en Hanna, een profetes die de Heer onafgebroken diende. Dát was het ‘overblijfsel’ dat God gekozen heeft om het kerstverhaal te schrijven.
De Heer heeft ons grote dingen voorspeld! Maar om Zijn werken te kunnen volbrengen, zoekt Hij ook vandaag naar de geschikte dienaars, met dezelfde hartsgesteldheid als de mensen ten tijde van de geboorte van Jezus. De mensen van ‘hoge staat’, en die meer te vertellen hebben dan wat ze van God gehoord en gezien hebben, staan wat Hem betreft nog altijd naast de geschiedenis.
Henk de Cock